Gesamte Verbformen: 52
Imperative und Partizipien
Tegenwoordig en verleden deelwoord proletariserend
Tegenwoordig en verleden deelwoord geproletariseerd
Art/Gattung ik jij hij/zij/het wij jullie zij
Presens proletariseer proletariseert proletariseert proletariseren proletariseren proletariseren
Imperfect proletariseerde proletariseerde proletariseerde proletariseerden proletariseerden proletariseerden
Toekomende tijd I zal proletariseren zult proletariseren zal proletariseren zullen proletariseren zullen proletariseren zullen proletariseren
Conditionalis I zou proletariseren zou proletariseren zou proletariseren zouden proletariseren zouden proletariseren zouden proletariseren
Perfectum heb geproletariseerd hebt geproletariseerd heeft geproletariseerd hebben geproletariseerd hebben geproletariseerd hebben geproletariseerd
Voltooid verleden tijd had geproletariseerd had geproletariseerd had geproletariseerd hadden geproletariseerd hadden geproletariseerd hadden geproletariseerd
Toekomende tijd II zal geproletariseerd hebben zult geproletariseerd hebben zal geproletariseerd hebben zullen geproletariseerd hebben zullen geproletariseerd hebben zullen geproletariseerd hebben
Conditionalis II zou hebben geproletariseerd zou hebben geproletariseerd zou hebben geproletariseerd zouden hebben geproletariseerd zouden hebben geproletariseerd zouden hebben geproletariseerd
Imperatief - proletariseer - - proletariseert -

Verben ähnlich wie proletariseren

Konjugierte Verben vor und nach proletariseren

« proletariseren »